Als we één ding hebben geleerd de afgelopen tijd, is het wel hoe flexibel en wendbaar wij ons moeten opstellen als het gaat om onze werkomgeving. Zo is het niet meer vanzelfsprekend dat alle medewerkers zich in hetzelfde gebouw bevinden en moeten organisaties daarin compleet digitaal ondersteunend zijn. Daarom is het, in een werklandschap waar op afstand werken de norm lijkt te worden, cruciaal om over te stappen naar een agile werkmethode en afscheid te nemen van de waterval methode. 

Maar hoe houd je de technologische ontwikkelingen bij in een externe werkomgeving, die zich steeds meer online afspeelt? 

De blauwdruk voor ontwikkeling

Voor het bepalen van de juiste blauwdruk, helpt het om een ​​stap terug te doen en na te gaan hoe het staat met de huidige prestaties en toekomstige behoeften door een paar centrale vragen te stellen:

  1. Hebben we een duidelijke aanpak om de complexiteit van interfaces aan te pakken?
  2. Hoe gaan we om met samenwerking tussen verschillende systemen? Zijn wij goed voorbereid op de toekomstige, meer complexe, eisen?
  3. Is alles aanwezig om ons aan te passen naar een groter deel van de softwareontwikkeling binnen onze R&D-afdeling?
  4. Zijn wij voldoende wendbaar en flexibel om onze focus bij te stellen op basis van een veranderende vraag? 
  5. Hoe goed zijn we voorbereid op toekomstige technologieën? Hebben wij de juiste strategie of structuur in huis om deze technieken op te halen én op te schalen?
  6. Is onze R&D afdeling ingekaderd met duidelijke rollen, interfaces en end-to-end-verantwoordelijkheden tussen teams en sites en naar andere afdelingen?

Het ontwikkelen van jouw organisatie naar nieuwe technieken is een proces wat doorgaans niet binnen één sprint opgelost kan worden en vraagt om extra capaciteit. 

Wat is voor jou de afweging om deze ontwikkelingen in-house door te voeren

ten opzichte van een ervaren, on-demand R&D afdeling met aanwezige capaciteit?

winning-chess-game